“Waar ze vooral achter komen, is dat je als mens dingen moet in het leven. Je bent de enige met dít traject, met deze vakken, deze stage. Je móet wel werken. Het komt op jou aan. Dat doet zeer. En dus stormt het die eerste maanden. Maar daarna is het oké, dan gaan ze als een speer.”
Jelske Stegeman geeft de vakken aardrijkskunde en drama aan leerlingen van vmbo basis/gt op Carmel College Salland. Ook coacht zij leerlingen die van het vmbo zijn doorgestroomd naar de entreeopleiding van Landstede MBO, die op Carmel College Salland wordt aangeboden.
‘Elke leerling echt zien, ook al heb je als docent een vak te geven of een curriculum te doorlopen: dat is voor mij waar het om gaat bij “elke mens”. Gezien worden is belangrijk voor de leerlingen met wie ik werk. Zij passen door problemen vaak niet helemaal in het onderwijssysteem. Daar kan het systeem niets aan doen en mijn collega’s ook niet. Maar de leerling valt wél uit. En dan komt die leerling bij mij in de entree-opleiding. Daar stel ik drie vragen: wat wil je?, wat kun je? en waar heb je hulp bij nodig? Om de antwoorden op die vragen bouw ik een lessenserie heen.
Het liefst zou ik voor iedere leerling in vmbo basis/kader zo’n individueel traject maken. Want in een traject op maat kun je als jongere leren vanuit je hart. En als je leert vanuit je hart, leer je veel beter. Wil je kapper worden? Dan zoeken we daar de vakken bij die je nodig hebt. En een stage waar je blij van wordt. Ja, zo zou ik graag aan alle vmbo-leerlingen lesgeven.
Niet dat leren in de entree ineens zonder problemen gaat. Leerlingen zijn eerst twee of drie maanden met ons als coaches aan het knokken. Dat ze iets waard zijn, dat ze heel veel kunnen, dat hebben ze al heel lang niet gehoord. Ze zijn vergeten hoe mooi en bijzonder ze zijn, hoe talentvol. Sommigen zijn beschadigd van buitenaf en sommigen van binnenuit. Sommigen zijn vergeten hoe ze moeten leren, of willen het niet meer weten. Wat ze bij ons ontdekken, is dat het niet alleen aan het systeem lag dat het in het vmbo niet ging. Het lag ook een beetje aan henzelf. Ze ontdekken dat ze hulp nodig hebben. Dat is moeilijk voor dit type jongeren, om hulp te vragen.
Waar je in de entree-opleiding vooral heel hard achter komt, is dat je als mens dingen moet in het leven. In de entree-opleiding ben je de enige met dít traject, met deze vakken, deze stage. Je móet wel werken. Dat moest je in het vmbo ook, maar omdat dat een groot systeem is, kon je daar nog tussen de mazen doorglippen. Hier komt het op jou aan. Dat doet zeer. En dus stormt het die eerste maanden. Maar daarna is het oké, dan vertrouwen ze je en dan gaan ze als een speer.
Wat ook scheelt, is dat je in de entree geen leerling meer bent, maar student. Je wordt overal in betrokken, je beslist over je eigen leren. Je mag zelf een stage uitzoeken. En voor vakken als Nederlands, Engels of rekenen maakt jouw coach een opdracht die aansluit bij jouw stage. Zo ontdek je waaróm je leert. Dat geeft een doel, en dat heb je nodig, want dat doel was je kwijt.
Voor sommige jongeren is het heel pittig. Hun situatie thuis is gewoon niet tof en het valt niet mee als je daar achter komt, als je merkt dat je het huis uit moet omdat het thuis niet gaat. Leren doe je niet alleen met je hoofd, maar ook met je hart. Je hoofd en je hart moeten het allebei goed hebben. Entree is vaak dus ook leren over het leven. Daar bieden we ruimte voor en dat maakt de entree-opleiding heel tof.
We proberen onze studenten voor te bereiden op een werkend leven. Soms gaat het om heel praktische dingen. Enkele van onze studenten zijn al 18, die help ik met het aanvragen van een DigiD en een zorgverzekering. Maar we hebben het ook over: waarom moet je eigenlijk stemmen en waarop stem jij dan? Hoe ga je eigenlijk met elkaar om? Waarom moet je af en toe naar je opa en oma gaan? We bespreken de verwachtingen: dat je netjes gekleed bent, dat je me aankijkt, dat je “mevrouw” zegt, dat je op tijd komt, dat je een appje stuurt als dat toch een keer niet lukt. Ik vind wel dat ik het zelf allemaal ook moet voorleven. Dus als de regel is dat leerlingen tijdens de les hun telefoon inleveren, dan lever ik ook mijn telefoon in.
Als entree-coach zie je de leerling echt, ook omdat je daar tijd voor krijgt en moet nemen. Je helpt jongeren ontdekken wat ze kunnen en willen en dat doe je met respect, eerlijkheid, een beetje strengheid en vooral veel humor. Lachen is hier heel belangrijk. De appjes die ik krijg, die gesprekken die ik met ze voer, hoe die 16- tot 21-jarigen het allemaal aanpakken - ik heb elke dag zoveel schik met die lui! Dat maakt dit werk hartstikke mooi om te doen.”
Box type | image-with-border |
Box color | blue |
Box size | large |
Tegel summary | |